De Franse bondscoach Didier Deschamps had verrassend genoeg geen basisplaats ingeruimd voor Antoine Griezmann, die dit toernooi als creatieve spelverdeler tussen de linies toch indruk had gemaakt. Voor Ousmane Dembélé had de coach wel een plek ingeruimd. Bij Spanje stond het 16-jarige supertalent Lamine Yamal wel in de basis. De ploeg miste Real Madrid-verdediger Dani Carvajal door een schorsing, in zijn plaats speelde de 38-jarige Jesús Navas van Sevilla.
Deschamps leek al snel gelijk te krijgen, want nog binnen de tien minuten kopte Kolo Muani de Fransen bij de tweede paal op voorsprong. Hij stond in een vol strafschopgebied vogeltjevrij na een voorzet van de Franse superster Kylian Mbappé, die weer zonder masker speelde nadat hij in de eerste wedstrijd zijn neus had gebroken.
Maar de Spanjaarden kwamen nog voordat de eerste helft halverwege was alweer op gelijke hoogte, door een schitterend doelpunt van Yamal. De aanvaller van Barcelona kroonde zichzelf daarmee tot de jongste doelpuntenmaker ooit op een EK of WK, met 16 jaar en 362 dagen. Hij gaat daarmee de Braziliaanse legende Pelé voorbij, die bij zijn eerste goal op een eindronde 17 jaar en 239 dagen was.
Vier minuten later was het alweer raak voor Spanje. Dani Olmo schoot laag in de verre hoek, waar de bal via de voet van verdediger Jules Koundé doel trof.
Met een 2-1 stand voor Spanje trokken beide ploegen de kleedkamer in.
Frankrijk oogde sinds de gelijkmaker wat flets, eigenlijk al zoals het hele toernooi was het spel nooit echt overtuigend of swingend. Dat was in dit duel echter ook te danken aan het goede combinatiespel van Spanje, waarop de ploeg van Deschamps geen vat kreeg.
In de tweede helft zette Frankrijk aan, met invallers Griezmann en spits Giroud, maar tot grote kansen leidde het niet. Mbappé kreeg na een goede actie zo’n vijf minuten voor tijd een kans om van randje zestien te schieten, maar zijn poging ging huizenhoog over.
